Ter gelegenheid van het 100-jarig jubileum van The Fell Pony Society is er in 2022 een video gepubliceerd die een duidelijke rasomschrijving van de Fell Pony geeft. In deze (Engelstalige) video wordt getoond wat de kenmerkende eigenschappen van een Fell Pony zijn en waar de ideale Fell Pony aan zou moeten voldoen. In Nederland hanteren we weliswaar een andere puntentelling en hebben we een ander keuringssysteem, maar dat maakt de video niet minder interessant. Een aanrader voor iedereen om te bekijken!
Het NFPS bedankt maker Tom Lloyd voor de toestemming om deze video op onze website te mogen publiceren.
In het Stamboekreglement Nederlands Fell Pony Stamboek is de officiële rasbeschrijving opgenomen. In dit reglement is zowel de Engelstalige als de Nederlandstalige tekst weergegeven. Hieronder volgt de Nederlandstalige versie.
| Hoogte | Niet hoger dan 142,2 cm. |
| Kleuren en aftekeningen | Zwart, bruin, lichtbruin met zwarte manen en staart en (veranderlijke) schimmel.Voskleurige, bonte en gevlekte pony’s worden uitgesloten.Een ster en/of wat wit op of beneden de vetlok achter is acceptabel. Buitensporige witte aftekeningen worden ontmoedigd, maar zulke pony’s komen in aanmerking voor registratie. |
| Hoofd | Klein, scherp getekend, goed aangezet, breed voorhoofd, taps toelopend naar de neus. |
| Neusgaten | Groot en uitstaand. |
| Ogen | Opvallend, helder, zachtaardig en intelligent. |
| Oren | Mooi aangezet, goed gevormd en klein. |
| Keel en kaken | Fijn, zonder te ruim of te grof keelvel. |
| Hals | Van evenredige lengte, geeft ruimte voor de teugels, sterk en niet te zwaar, met een gematigde buiging bij hengsten. |
| Schouders | Heel belangrijk, goed terugliggend en aflopend, niet te fijn in de schoften of te zwaar aangezet aan de uiteinden; een goed lang schouderblad met goed ontwikkelde spieren. |
| Romp | Goede, sterke, goed uitgelijnde rug, bespierde lendenen, diepe romp, brede borst, rond geribd van de schouder tot de flank, kort en welgevormd, achterhand vierkant en sterk met een goed aangezettte staart. |
| Voeten, benen en gewrichten | Hoeven van een goede grootte, rond en welgevormd, aan de hielen open met het karakteristieke blauwe hoorn; behoorlijk aflopende, niet te lang kootbeen; de voorbenen recht en goed geplaatst, niet gebogen bij de ellebogen, kort kogelbeen, grote goed gevormde knieën, kort pijpbeen, voldoende lang en plat bot onder de knie (tenminste 20 cm), en goed bespierd. |
| Achterbenen | Goed ontwikkelde dijen en bovenbenen, goed bespierd, goed scherp gesneden spronggewricht, veel been beneden het gewricht, spronggewricht mag niet sikkelvormig of koehakkig zijn. |
| Manen, staart en behang | Veel fijn haar aan de hielen (grof haar is verwerpelijk), het fijne haar behalve dat op de punt van de hiel, mag in de zomer uitvallen. Manen en staart moeten lang groeien. |
| Bewegingen | Stap: welbewust en fier.Draf: goed uitgebalanceerd met een goede actie van de knie en het spronggewricht, goede beweging vanuit de schouder en goede buiging van het spronggewricht, niet te wijd of te kort achter. Moet een goede gang en uithoudingsvermogen tonen, waarbij de achterhand goed onder het lichaam worden gebracht. |
| Algemeen karakter | De Fell pony moet constitutioneel zo hard als ijzer zijn en goede pony-kenmerken vertonen met de onmiskenbare hardheid eigen aan bergpony’s, en moet tegelijkertijd een levendige en alerte uitstraling hebben en een goed beenderengestel. |